Dit habitattype bevat omvat lage vegetaties van vochtige tot natte duinpannen, kalkmoerasvegetaties, natte tot vochtige graslanden, riet- en zeggevegetaties en periodiek overstroomde zandbodems. De jaarlijkse grondwaterschommeling varieert meestal tussen de 0.5 en 1m. De samenstelling en structuur van de gemeenschap worden bepaald door het de kalk- en waterrijkdom en het toegepaste beheer. In kale duinzones start de kolonisatie van het vochtige zand met blauwwieren. Na enkele jaren ontstaat een meer soortenrijke vegetatie met o.a. Zeegroene zegge, Drienervige zegge, Dwergzegge en Parnassia. Actueel vindt deze successie enkel plaats onder een maai- of graasbeheer met verwijdering van duindoornstruweel. Hoe verder de ontwikkeling vordert, hoe meer graslandsoorten er verschijnen.

Flora 
Teer guichelheil(Anagallis tenella), Kruipend moerasscherm(Apium repens), Zomerbitterling(Blackstonia perfoliata),Zwarte zegge(Carex nigra), Blauwe zegge(Carex panicea), Drienervige zegge(Carex trinervis), Dwergzegge(Carex viridula), Strandduizendguldenkruid(Centaurium littorale), Dwergbloem(Centunculus minimus), Galigaan(Cladium mariscus), Vleeskeurige orchis(Dactylorhiza incarnata), Moeraswespenorchis(Epipactis palustris), Bonte paardenstaart(Equisetum variegatum), Slanke gentiaan(Gentianella uliginosa), Bleekgele droogbloem(Gnaphalium luteoalbum), Honingorchis(Herminium monorchis), Waternavel(Hydrocotyle vulgaris), Veldrus(Juncus acutiflorus), Geelhertje(Linum catharticum).

Fauna
Vochtige duinvalleien hebben een hoge faunistische waarde. Een belangrijke soort is de Zeggekorfslak. De vegetatie is het leefgebied van een zeer grote diversiteit van ongewervelde soorten. Bij voldoende rust zijn dit tevens geschikte broedgebieden voor vogels als Bergeend. Duinpoelen en plassen zijn belangrijk voor waterfauna (vooral Gaffelwaterjuffer is zeer bijzonder).

Beheer
Het beheer streeft naar het beschermen van de vochtige duinvalleien tegen verdroging, eutrofiëring en intensieve recreatie. Een goede ontwikkeling van de vegetatie vraagt een actief maai- of grazingsbeheer(runderen of schapen indien onvoeldoende konijnenbegrazing). Een goede zonering voor recreatie is aangewezen. Bij uitblijven van een beheer kunnen op vochtige, sterk humeuze bodems hoge ruigtekruidenformaties ontstaan.

Foto: natura2000.vlaanderen.be