Dit bostype is zeer zeldzaam en komt van nature voor op plaatsen met zeer ondiepe kalksteenbodems (vaak op hellingen) of zones met een specifiek beheer in functie van de aanwezige zeldzame soorten . In Vlaanderen komt dit type gefragmenteerd in Voeren, mogelijke relicten zijn terug te vinden in Droog-Haspengouw en in boszones van de Sint-Pietersberg. Bij nietsdoen-beheer zal dit bostype evolueren naar een climaxvegetatie die aansluit bij een eiken-haagbeukenbos (Habitattype 9160).
Flora
Sleutelsoorten: Prachtklokje (Campanula persicifolia), Bergzegge (Carex montana), Bleek bosvogeltje (Cephalanthera damasonium), Wit bosvogeltje (Cephalanthera longifolia), Gele kornoelje (Cornus mas), Zwart peperboompje (Daphne laureola), Bruinrode wespenorchis (Epipactis atrorubens), Stinkend nieskruid (Helleborus foetidus), Bosgerst (Hordelymus europaeus), Ruig hertshooi (Hypericum hirsutum), Berghertshooi (Hypericum montanum), Rode kamperfoelie (Lonicera xylosteum), Knikkend parelgras (Melica nutans), Mannetjesorchis (Orchis mascula), Welriekende salomonszegel (Polygonatum odoratum),Gulden sleutelbloem (Primula veris), Wollige sneeuwbal (Viburnum lantana), Witte engbloem (Vincetoxicum hirundinaria), Ruig viooltje (Viola hirta)
© Lionel Wibail (DGARNE)
Nevensoorten: Kruidlaag: Purperorchis (Orchis purpurea), Vliegenorchis (Ophrys insectifera), Bergnachtorchis (Platanthera chlorantha),
Christoffelkruid (Actaea spicata), Bosrank (Clematis vitalba), Blauwgras (Sesleria caerulea), Gevinde kortsteel
(Brachypodium pinnatum), Vogelnestje (Neottia nidus-avis)
Boom- en struiklaag: Es (Fraxinus excelsior), Zomereik (Quercus robur), Quercus x rosacea, Wintereik (Quercus petraea), Haagbeuk (Carpinus betulus), Gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus), Hazelaar (Corylus avellana), Meidoorn (G) (Crataegus), Beuk (Fagus sylvatica), Gele kornoelje (Cornus mas), Zuurbes (Berberis vulgaris), Meelbes (Sorbus aria), Zomerlinde (Tilia platyphyllos), Zoete kers (Prunus avium), Spaanse aak (Acer campestre), Rode kornoelje (Cornus sanguinea), Wilde lijsterbes (Sorbus aucuparia), Wilde kardinaalsmuts (Euonymus europaeus)
Fauna
Dit bostype is rijk aan slakkensoorten en heeft een zeer gevarieerde fauna. Door het gevarieerd voorkomen zijn er geen specifieke soorten gebonden aan dit type.
© Lionel Wibail (DGARNE)
Beheer
Onderhoud van deze vegetatie eist een vakkundig en arbeidsintensief beheer om niet over te gaan naar de climaxvegetatie en de aanwezige zeldzame soorten in stand te houden. Onoordeelkundig beheer vormt direct een grote bedreiging voor flora en fauna. Er moet op regelmatige basis gekapt worden om de boomlaag voldoende ijl te houden en lichtinval tot de kruidlaag in stand te houden. Regelmatig maaien, met afvoer van strooien en zelfs plaggen (verwijderen van bovenste bodemlaag zodat voldoende minderale bodem aan het oppervlak komt. Eventuele begrazing met schapen, varkens of geiten moet beperkt blijven tot een korte periode (einde herfst en in winter). Recreatie leidt tot verstoring en bedreiging van de vegetatie.
Foto: © Lionel Wibail (DGARNE)